Marieke Dekker is een van de weinige neurologen die werkzaam is in Tanzania, in Kilimanjaro Christian Medical Centre in Moshi. Samen met een klein team neurologen verzorgt ze de vele patiënten in de regio en geeft daarnaast onderwijs aan de studenten zodat ze een basiskennis neurologie verkrijgen. Stichting Tweega Medica ondersteunt Marieke al jaren in haar missie.

 

De laatste maanden draaiden sterk om onze capaciteit. Die van de neurologie laat hier nog te wensen over, met een door de regering opgeworpen, onzinnig obstakel voor onze eigen neurologie-opleiding. Na een geweldig jaar waarin we onze neurologie-resident terug hadden uit Zuid-Afrika en een ‘echt’ neurologieteam om ons heen hadden, zijn we nu -hopelijk tijdelijk- weer terug bij af. Als onze AIOS er is en niemand op vakantie is zijn er maar liefst vier (bijna-)neurologen voor de dertig miljoen inwoners van Noord- en Centraal-Tanzania. Op dit moment geniet ik zelf met volle teugen van een week vakantie en zijn mijn collega’s toevallig ook net met vakantie en verlof. Intussen vervolgt onze AIOS zijn tweede helft van de opleiding in Zuid-Afrika na een min-of-meer gedwongen pauze. Dat is 400% capaciteitsverlies.

Resultaat: nul (ja, 0) neurologen voor die dertig miljoen inwoners. Ter vergelijking: Nederland heeft ruim elfhonderd neurologen voor onze zeventien miljoen inwoners.

Desondanks gaan de consultvragen gewoon door via WhatsApp-telefoontjes, -berichten en -videootjes (nog altijd het meest gebruikte medium voor consultatie voor neurologie in Sub-Sahara-Afrika) en beantwoord ik -natuurlijk onbetaald alhoewel gewaardeerd- elke dag van het jaar dit soort prangende vragen over vaak kritiek zieke patiënten. Als ik dit uitleg krijg ik begrijpelijkerwijs bezorgde blikken van mijn Nederlandse collega’s (en een beetje van mezelf- maar mijn huid is dikker geworden in deze twaalf jaar). Hoe regel je dat dan? Hoe kan zoiets? En hoe kun je daartegen?

In het ziekenhuis zijn de reacties veel nuchterder. Ze vangen de neurologiepatiënten zelf op, nemen contact met mij op als ze het echt even niet meer weten maar volgen verder de protocollen voor veel voorkomende neurologische problemen. Alhoewel de patiënten niet allemaal in de beste handen zijn als het gaat om herkenning, fine-tuning, counselling en prognosticering, gaat het leeuwendeel best goed. Niet iets waar we nu erg trots op zijn, maar eigenlijk ook best goed. Want de meer dan 90% van de internisten en kinderartsen die vanuit ons ziekenhuis ‘de periferie’ in gaan, doen dat met een vrij gedegen neurologiekennis in het kader van hun opleiding. Ze zullen er niet allemaal dol op zijn, want neurologie wordt aldoor en op alle niveaus (van patiënten tot verpleegkundigen tot artsen) geplaagd door misvattingen, vooroordelen, angst en stigma. Maar ze kunnen op protocolbasis omgaan met een status epilepticus, beroerte, meningitis en andere acute neurologie. Hopelijk zijn mijn collega’s en ikzelf dan op tijd terug om de meer chronische rest ‘op te dweilen’ tijdens onze eindeloze poli’s!

Het gevoel van de bodemloze put dringt zich inderdaad wel eens op- maar zolang we dat nog van ons af kunnen schudden en de neurologieopleiding in KCMC dit ziekenhuis zelf kunnen laten bedruipen in de toekomst, hebben we nog iets om naartoe te werken.

In de tussentijd gaat het leven door. We werken en leven, en we worden ouder. Meer van onze zes kinderen hebben het huis verlaten en om tijd met elkaar te hebben wordt steeds kostbaarder. En toch is elke dag werk voor ons, en elke dag kindertijd voor de familie, het waard.