Hieronder een blog van Annet en Suwendy.
Wat hebben urine dipsticks en microscoop glaasjes met elkaar gemeen? Ze kunnen met een Tweega dokter als katalysator het verschil betekenen tussen een goede of een slechte uitkomst voor je zwangerschap.
Sinds Annet en Suwendy begin 2018 zijn gestart in Mangochi District Hospital is er veel veranderd. De Twentse huisartsen hebben tijdens hun bezoek in november kunnen zien hoe tastbaar sommige verbeteringen zijn. Waren er 2 jaar geleden nog zo’n 130 ‘wachtende moeders’ waar niet naar omgekeken werd tot ze een spoedgeval waren geworden, nu is er een volledig functionele afdeling voor zwangeren met complicaties.
In juni 2019, net nadat we waren verhuisd naar de nieuwe maternity wing, heeft Annet met de co-assistenten een cross sectionele studie gedaan van de moeders die op dat moment aan het wachten waren. Na triage door de studenten bleek dat zeker 5 vrouwen met spoed een keizersnede nodig hadden. Niet alle baby’s hebben het toen overleefd.
Patuma* had bijvoorbeeld al vier dagen vaginaal bloedverlies wat ze niet had durven rapporteren. Haar baby was in de buik overleden, omdat haar placenta los had gelaten. We waren eigenlijk opgelucht dat Patuma het zelf wel heeft gered, want ze had al veel bloed verloren en leed bovendien aan zwangerschapsvergiftiging – dat laatste was waarschijnlijk de oorzaak van het loslaten van haar placenta. Bij betere monitoring van de zwangeren hadden we wellicht op tijd in kunnen grijpen en was Patuma een bloedtransfusie bespaard gebleven en had ze haar kind levend mee naar huis kunnen nemen bij ontslag.
Er was dus werk aan de winkel! Want Patuma’s verdriet had misschien gewoon voorkomen kunnen worden… In juli 2019 werden aan Annet haar zwangeren afdeling 8 vaste verpleegkundigen toegewezen. Dit betekende vooruitgang, want tot dan toe had Annet de zorg voor de zwangeren gedragen met 1 enkele verpleegkundige die enkel tijdens de dag werkte. Het verhaal van Esnart* die vorige week met ontslag ging laat zien dat we al een stukje verder zijn.
Esnart kwam tijdens haar vijfde zwangerschap in het ziekenhuis terecht bij 31 weken zwangerschap, omdat ze dacht dat de bevalling was begonnen. Esnart is besmet met HIV en gebruikt daar pas sinds deze zwangerschap medicatie voor. Ik zag haar op zaal met de huisarts in opleiding en we besloten om medicijnen te geven voor de longrijping, zodat de baby betere kansen zou hebben als het niet zou lukken om de weeën te stoppen. We onderzochten haar op infecties zoals malaria, sexueel overdraagbare aandoeningen en een blaasontsteking en we bekeken of ze geen bloedarmoede kon hebben. Deze dingen komen veel voor en zouden de weeën veroorzaakt kunnen hebben. We behandelden haar met antibiotica en weeënremmers. Om haar baby goed in de gaten te kunnen houden gaven we haar een bed op de verloskamers, omdat daar de meeste verpleegkundigen zijn.
Twee uur later waren we klaar met ons spreekuur en vonden we Esnart op de rand van haar bed. Met haar veel te kleine baby in haar armen. De leerling verloskundige had tegen alle richtlijnen in de vliezen van Esnart gebroken, omdat ze vond dat de bevalling maar niet opschoot.
Esnart is blij. Haar baby doet het boven alle verwachtingen goed. Maar ze weet niet wat Annet weet. Hoe klein de overlevingskansen zijn voor baby’s die in haar ziekenhuis geboren worden bij deze termijn. Dat ze vaak infecties oplopen. Dat er een gerede kans is dat het kind straks ook besmet is met HIV, omdat de verloskundige de vliezen heeft gebroken. Het hoofd van de verpleging en de huisarts in opleiding zoeken snel de antivirale middelen om Esnart’s dochter profylactisch te behandelen om die kans op HIV zo klein mogelijk te maken.
Vaak voelt het machteloos. Je kunt gewoon niet overal tegelijk zijn. Later denk ik terug aan Patuma. Het feit dat we Esnart’s probleem hebben onderkend toen we haar en de baby nog adequate behandeling konden geven – al was dat dan niet helemaal gelukt – dat was ook vooruitgang! Dat Esnart met haar kind in haar armen naar huis liep door de poorten van het ziekenhuis – dat is zo anders dan thuiskomen zoals Patuma en aan je man moeten vertellen dat de baby het niet heeft gehaald…
De les die de Mangochi maternity wing leerde van Esnart en haar dochter is dat we kunnen signaleren. En dat dat ruimte biedt om ons druk te gaan maken over de details. Als mensen niet meer doodgaan, kun je je richten op de kwaliteit van de individuele zorg. Dan kan de zorg die nu voornamelijk reactief is, preventief van aard worden!
Wisten we eigenlijk wel of de vliezen van Esnart niet sowieso al gebroken waren? En dat daardoor misschien de bevalling te vroeg was begonnen? Met geld van een individuele donor hebben we deze week urine dipsticks en microscoop glaasjes gekocht en we hadden nog een gedegen oude microscoop over en van de huisartsen uit Twente een klein sterilisatie apparaat in goede conditie gekregen. We gaan een bedside test hoek inrichten op de zwangeren afdeling om gebroken vliezen preciezer vast te kunnen stellen middels de varentest en het gebruik van het verschil in pH en eiwitgehalte van vaginale afscheiding en vruchtwater. Als we iedereen hierin gaan trainen, dan wordt het personeel zich meer bewust van al die extra dingen die we met weinig middelen onze patiënten kunnen bieden. En dat Esnart niet moest bevallen die dag van haar kleine meisje. En als al onze leerlingen zien dat we daarmee bezig zijn, gaan ze zich hopelijk in hun verdere carrière eerst afvragen: hoort deze patiënte wel hier en nu te bevallen? Of moet ik onderzoeken waarom het nu gebeurt en het proberen (tijdelijk) tegen te houden in het belang van moeder en kind?
Er zijn eigenlijk teveel kleine dingen om op te noemen die het verschil maken; elke dag weer. Een van de hoogtepunten was ook wel dat Annet op de operatiekamer zat te wachten op de patiente in bed 27. Toen we hier net woonden had ze een late miskraam. Annet en haar man waren erbij toen het kind levenloos te wereld kwam. Gelukkig hadden we wel op tijd het probleem kunnen herkennen: zwakte van de baarmoedermond. Ze is weer zwanger! Vlak voordat ze aan de beurt is voor haar cerclage (een hechting die de baarmoedermond sterk genoeg moet maken om de zwangerschap uit te kunnen dragen), stuurt haar man een foto naar Annet. Ze zijn zenuwachtig, maar klampen zich vast aan deze kans op een kind na 5 late miskramen in totaal. De procedure verliep ongecompliceerd. Maar we zijn natuurlijk pas opgetogen als deze lieve mensen straks met een levend kind in hun armen naar huis kunnen…
Ben je benieuwd hoe onze hechte band met de gemeenschap waar we in leven ook het verschil maakt in de verhalen van individuele patiënten? En hoe we die kennis gebruiken om de gezondheid van de mensen in ons dorp te verbeteren? Kijk dan naar onze vlog (met speciale dank aan mijn lieve nicht Indira Bijl voor het editen en ondertitelen en aan de dorpelingen die graag hun verhaal met jullie wilden delen)!
Voor iedereen die het voor ons mogelijk maakt om dit fantastische werk voort te zetten: dank u duizendmaal! Het is een voorrecht voor Tweega Medica to mogen werken. We wensen iedereen een heel goed 2020.
Suwendy, Annet, Levino & Rufaro